Ten koste van zware verliezen en veel materiële schade door de terugtrekkende Duitse troepen (o.a. werden alle kerktorens en bruggen opgeblazen) - maar toch verrassend snel in vergelijking met de jarenlange patstelling van de loopgravenoorlog rond Ieper - veroverden de Geallieerden terrein in Vlaanderen. Ook Leie en Schelde werden spoedig door Franse en Britse troepen overschreden tussen Deinze en Cambrai. Aan het Franse front tussen Laon en Verdun lukte dit moeizamer.
Oorlogsspeelgoed 1914 (verzameling Leflamand alias Guido Deseijn)
Op 25 oktober werd Brugge - als eerste bevrijde provinciehoofdstad - door het Belgisch koningspaar bezocht. Spijts de overhaaste terugtrekking van de Duitse troepen was hun artillerievuur elders in Vlaanderen nog zeer actief. Op 26 oktober was de linie Deinze-Waregem overschreden. Vooral langsheen het Schipdonkkanaal (afleidingskanaal) tussen Deinze en Eeklo (vooral omgeving Adegem-Balgerhoeke) werd zeer zwaar gevochten om reden van zijn strategische noord-zuid-oriëntatie. Er kamen zelfs klachten van de zijde van het neutrale Nederland door ongecontroleerde artilleriebeschieting heen-en-weer van hun grondgebied langsheen de grens, o.a. met gasgranaten. (het Schipdonkkanaal was in die mate strategisch belangrijk dat er ook in de Tweede Wereldoorlog hevig is gevochten).
Oorlogsspeelgoed 1918-1919 (verzameling Leflamand alias Guido Deseijn)
Gent - dat tot dan toe als "Etappenstadt" (garnizoen- en bevoorradingsstad) achter het front - van oorlogsschade gespaard bleef werd door de Duitse bezettingscommandant Blücher op de hoogte gebracht dat het weldra in de vuurlinie van het terugtrekkend front zou komen te liggen. Alle weerbare mannen tussen 17 en 35 jaar moesten zich volgens een "Bekanntmachung-Bekendmaking-Proclamation" op 27 oktober 1918 aanmelden om opgeëist (ver) achter het terugtrekkend front te gaan werken ("...goed gehuisvest en verzorgd, en TEGEN GOEDE BETALING..." - in hoofdletters in het pamflet). De bezetter rekende erop dat de Gentenaars zich - net als tot dan - rustig zouden houden. De Gentse burgemeester Emile Braun - "Miele Zoetekoeke" in de volksmond - had dit bij de inname op 12 oktober 1914 tegenover de Duitsers in ruil voor het sparen van zijn stad bedongen. Met de mogelijke beschieting van de stad en aanvallen door vliegtuigen door de Geallieerden moest volgens de bekendmaking wel rekening gehouden "...daar de ondervinding geleerd heeft, daar de tegenover ons staande Franschen en Engelschen, Belgische steden niet alleen niet ontzien, maar ze opzettelijk vernietigen". De pot verwijt de ketel... Ein bisschen Propaganda konnte nicht schaden...